maandag 25 juni 2012

Toch nog een Mongool geraakt

Zaterdag 23 juni 2012


20120623 Ulan Bator Zaterdag

We rijden over de Peace Avenue naar de containerwerf om de auto’s in de container te stoppen. Het verkeer is zoals gewoonlijk een chaos. Opeens schiet er een Nissan nog net door rood voor de Antonoff de weg over. Ik rem uit volle kracht, maar kan hem net niet meer ontwijken en rijd zijn achterbumper eraf. We staan stil en moeten volgens de instructie van de ambasade stil blijven staan totdat de politie komt. Dat duurt me te lang en rijdt de Rolls langs de kant van de weg. De Mongool komt wild gebarend op me omdat hij denkt dat ik weg wil rijden. Ik lach hem sussend toe en dan zet hij zijn auto ook aan de andere kant  van de Peace Avenue. Zijn vrouwen dochter zijn inmiddels uit gestapt. Ik probeer nog even duidelijk te maken dat het hun schuld is en dat ik mijn bumper weer moet poetsen. Zij denken daar duidelijk anders over en al snel bied ik aan om de schade te betalen. Prompt komt de dochter met een rekenmachine waarop staat dat het 150.000 Tugrik gaat kosten: ongeveer 90 euro. Ik biedt 100.000. Dat wordt lachend afgeslagen. Dan biedt ik 110.000, maar zij komen met het voorstel om dan maar naar de schadeexpert te gaan. Ik weet niet hoe snel ik akkoord moet gaan met hun vraagprijs. Maar dan wel onder de voorwaarde dat ze poseren met een lachend gezicht voor de foto. Dan doen ze en we nemen afscheid als goede vrienden. Het hele proces heeft in totaal 5 minuten geduurd. Mongolen kunnen wel efficiĆ«nt zijn als ze willen.
De lachende dame heeft net 150.000 Turiks geincasseerd.
De bumper is er weer aan geplakt en dat zal wel zo blijven.
Handige jongens die Mongolen.

Het kost enige moeite om de auto’s vastgesjord te krijgen, want de Wit Russen hebben alles door elkaar gegooid. Zelfs de werkbank is er uit gesloopt. Dan gaat de deur dicht en volgens Piet is er een volledige laadlijst. Ik hoop dat hij mijn 2 zakken wasgoed ook heeft opgeschreven. Piet heeft een edelmoedige en genereuze dag want hij geeft een 20 liter jerrycan met mijn benzine weg aan de sjorders.
Veiligheid voor alles of stond het niet op de laadlijst?

De exportmanager brengt ons  naar de leerfabriek. De vrouw waar ik gisteren op de zwarte markt geitenhuiden van heb gekocht, heeft ons uitgenodigd. Het is een klein bedrijf, maar wel met goede machines. Er werken 5 man, ook op zaterdag. Ze bewerken het gelooide leer door het dunner en gelijk van dikte te maken, op te rekken en vlak te maken en er dan een motief in te printen. Daarna wordt het geverfd en gedroogd. Het is leuk om dit proces, wat geheel handarbeid is, te zien. Ik koop een hele partij kamelenleer. Helaas is het niet de goede tijd van het jaar voor geitenleer voor leren jasjes. Het leer is nu nog te dun. Het leer kost een fractie van wat ik in Holland moet betalen.
Het leer wordt uitgerekt en gedroogd.
De voorraad geiten- en kamelenleer
Het schalmen (dunner maken) van het leer.

De inmiddels weer goed Duits sprekende dame gaat met ons mee naar de Kashmir verkoper. Ze adviseert Piet bij de aankoop van een paar mooie shawls. Ik koop een vest ondanks dat ik de prijs behoorlijk duur vindt. Het is stof van geitenhaar dat hier gesponnen en geweven is. Jammer dat we geen tijd hebben om deze fabrieken ook te zien.

In het hotel smeert Froit van Harst ons een ger aan, die we kunnen opzetten bij ons huis in Morzine gedurende de wintervakantie. Met al die aanwas is dat huis inmiddels te klein en dit is een mooie oplossing om een zootje kleinkinderen onder te brengen. We hebben gezien dat het opzetten maar een paar uur duurt met getrainde gerbouwers.  
Eerst het skelet en dan het dak.
De blauwe band houdt de ger bijeen.










Ik heb nog net tijd om de koffers te pakken, want dan moet ik weer weg met onze Reisefuehrer naar de Opera. Om op tijd te komen lopen we over een pas geteerd stuk weg. Er kleeft een dikke laag asfalt onder de Geox van Fons. Zijn schoenen zullen voorlopig wel niet meer ademen. Ik zie de gezichten van Clementine en Willemien al als ze onze voetafdrukken op de lichte vloerbedekking zien. Baasje is weer thuis. 

Traviata speelt er. Het is ontroerend om zo’n Italiaanse opera uitgevoerd te zien worden door een stel Mongolen. Violette de hoofdpersoon is prachtig, met een goed voorkomen en zingt overtuigend. Als ik op mijn sterfbed nog zo’n aria ten gehore kan brengen, dan doe ik het ervoor. Het mooiste vind ik echter de belichting. Die is zo zwak en klungelig dat er (onbewust) de sfeer wordt geschapen van een bij kaarslicht uitgevoerde opera. Prachtig


Op het vliegveld is Fons zo gedreven om snel in te checken dat hij de rest van het gezelschap vergeet. Het is verbazingwekkend hoeveel energie die man heeft.

We maken het laatste beltegoed van Piet op en ik krijg allerlei berichten uit de feesttent uit Goor, waar het jaarlijkse volksfeest zich voor de eerste keer in 50 jaar afspeelt zonder mijn aanwezigheid. Als dat maar goed gaat.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten